Handleiding TUE brugmodule 6 tweede druk Ionstoffen
Practicum 1
1.5h
Beeldmateriaal: pyrolyse
Practicum 1A
1A.3
Beeldmateriaal: pyrolyse
Practicum 2
2.6
stukje (PS)piepschuim in bekerglas met water
2.7
stukje (zetmeel)piepschuim
horlogeglas
bekerglas met water
joodwater of JKJ-oplossing
Practicum 3
3.6
(indien niet eerder gedemonstreerd) stoommachine/mini-elektriciteitscentrale
elektromotor
ampère- en voltmeter
(indien wel eerder gedemonstreerd) eventueel filmpje van
stoommachine/mini-elektriciteitscentrale
3.8
per spanningsbron geschikte voltmeter
01: twee 100 mL bekerglaasjes met koolstofelektrode in 0,2 M kopersulfataoplossing en zinkelektrode in (0,2 M?) keukenzoutoplossing, aansluitdraden,
zoutbrug (zie foto), recept:
02: knijpkat o.i.d.
03: citroen met koper- en zinkelektroden
04: zonnecel
05: handbatterij,
zie http://www.techna.nl/Begrippen/Volta/handbatterij/Handbatterij.htm
06: als bij 01 maar met twee koperelektroden en 0,2 resp.0,02 M kopersulfaatoplossing
07: waterstofbrandstofcel
08: dynamo op fietswiel
09: knoopcel
10: “gewone” batterij
Beeldmateriaal: film over blauwe energie
3.9
citroensap, blauwlakmoespapier
Practicum 4
4.2
geleidbaarheidsopstelling met sonde, lampje en 10V-gelijkspanningsbron
genummerde buizen met:
1. water 6. vitrioolblauwoplossing
2. zoutzuur 7. alcoholoplossing
3. suikerwater 8. zoutoplossing
4. joodwater 9. mengsel van gelatine en water
5. zwavelzuuroplossing 10. mengsel van gelatine, water
en zout
recept buis 9 en 10:
(enkele reservebuizen 9 en 10 in koelkast)
(gelatine ook alvast in zoutbruggen en U-buizen, ook in koelkast bewaren)
4.4
Elektroforese
Bij voorkeur live; eventueel via beeldmateriaal, maar dan petrischalen met begin-, tussen- en eindtoestand laten zien.
In een petrischaal is een laag van gelatine, water en zout aangebracht.
bovenaanzichttekening
Middenin
is een gleufje gemaakt waarin wat kopersulfaatoplossing wordt gegoten.
Nog uitzoeken: meest geschikte concentratie.
De twee zijkanten van de gelatinewaterzoutlaag zijn met elektroden verbonden met de plus- en minpool van een gelijkspanningsbron.
Nog uitzoeken: meest geschikte elektrodemateriaal en hoogte en duur van spanning.
Handleiding (bron: Maaswaalcollege Wychen)
De opstelling bestaat uit een petrischaal met agar-gel waarin putjes en geultjes zijn uitgesneden.
Nog uitzoeken: werkt agar beter dan gelatine?
Bereiding agar-gel
1 schep agar op 100 ml koud water
Als geleidingselektrolyt kaliumnitraat erbij (een schep op 100 ml).
Roerend aan de kook brengen, uitgieten in petrischaaltjes
met Ø ca
De agar moet goed ‘droog’ en stevig zijn. Je kunt agar door verwarmen weer dun maken
In de agar-gel moeten geultjes en putjes worden uitgesneden. Om scheurtjes in de gel te voorkomen moeten die zorgvuldig worden voorgesneden en daarna met een gutsje of schepje uitgenomen worden.
Leg aan weerszijden koolelektroden (nadeel de positieve pool wil nogal flink afgeven, er zouden ‘schone’ elektroden te koop zijn), of koper-stroken, mooiste zou zijn platina strips. Aan de positieve koperelektrode zijn namelijk blauwe strepen te zien.
Maak smalle geultjes zoals aangegeven met de cijfers 1, 2 en 3.
Maak de geultjes niet te smal, ze moeten gemakkelijk te vullen zijn met de oplossingen zonder te “morsen”
Breng met pipetjes de oplossingen van de kruisproef in de geultjes, voorkom overlopen!
De proef:
1. kopersulfaatoplossing verzadigd
2. bariumchloride-oplossing
3. kaliumjodide-oplossing. 1M
Gelijkspanning circa 10 -15 Volt (een hogere spanning versnelt )
Na korte tijd ( enkele minuten verschijnt eerst een zwart-bruin neerslag zoals in de figuur getekend, even later een wit neerslag aan de andere kant van geul 1.
Stop op tijd met de stroomdoorgang, van de negatieve elektrode komt hydroxide-ion
van de positieve waterstof-ion, of
koperion.
Bovendien gaat het gevormde jood zich verspreiden (omdat het neutraal
is?)
Als u deze verstoringen – die kunnen ook een verbreding van het experiment
opleveren – wilt komen moet u de afstand elektrode – putjes groter maken dan de
afstand tussen de putjes en de centrale geul (zie tekening linksonder. )
Op de foto zie je rechtsboven een bruine vlek door de reactie tussen koper-ion (dat van de kopersulfaat uit de centrale goot afkomstig is en jodide-ion uit het rechter putje.
Linksonder is (op de foto vager dan bij de proef zelf) een wit neerslag te zien dat wijst op een reactie tussen het sulfaation uit de centrale goot en het bariumion uit het linkerputje.
Mogelijkheden voor dezelfde proef met andere chemicaliën;
IJzer(III)chloride in de centrale goot en in de bovensta putjes kaliumthiocyanaat à
rode vlek ontstaat waar verwacht. In de onderste putjes zilvernitraat doen
geeft niet het verwachte resultaat. Er ontstaat al bij de putjes een wit
neerslag, alsof de agar chloride bevat.
Nog uitzoeken: lukt het met gelatine
wel?
Ook een niet-elektrolyt, bv jood met zetmeel ( maar zonder Kaliumjodide) en natriumthiosulfaat. De reactie treedt dan in de centrale goot op.
Dit kan een toetsvraag zijn.
Probleem-gevallen:
Zilvernitraat geeft een wit neerslag, alsof de agar chloride bevat.
Sulfide-ion hydrolyseert te sterk
tot hydroxide-ion en hydroxide is een snel ion.
Gevolg: geen neerslag van een sulfide maar van een hydroxide.
Je kunt dus wel barietwater in de centrale goot doen en dan sulfaat in een van de putjes en bijvoorbeeld een koperzout in de andere. Dat geeft ook een leuk resultaat.
4.5
vitrioolblauwoplossing
barietoplossing (BaCl2)
centrifuge
voorgecentrifugeerde buizen
vitrioolblauwoplossing (CuSO4)
magide-oplossing (KI)
4.6
koperchloride CuCl2 (watervrij, geelbruin)
koperoxidepoeder
koperpoeder
aluminium(folie)
(erlenmeyer met) 2 M zwavelzuuroplossing
4 M salpeterzuuroplossing
0,2 M koperchlorideoplossing
4.9
0,2 M vitrioolblauwoplossing
(stukjes) zink
Practicum 5
5.3
Flesje met ijzer(III)chloride
Practicum 6
6.4
blauwlakmoespapier
(druppelflesje) 0,01 M zoutzuur
(druppelflesje) 0,05 M zilvernitraatoplossing
zwart/witte plastic ondergrond
6.5
buis met zoutzuur en buis met zwavelzuur (van zodanige molariteit dat het bruist bij toevoeging van soda)
soda
blauwlakmoespapier
ethaanzuuroplossing (van zodanige molariteit dat het bruist bij toevoeging van soda)
6.6
(druppelflesje) keukenzoutoplossing
(druppelflesje) ijzer(III)chloride-opl.
(druppelflesje) 0,05 M zilvernitraatoplossing
zwart/witte plastic ondergrond
Practicum 7
7.1
zoutzuur en/of zwavelzuur van verschillende molariteiten zodat met pH-meter en pH-papier verschillende pH’s gemeten kunnen worden (leuk maar niet noodzakelijk als er pH’s in de buurt van 2 en 4 gemeten worden).
pH-meter
pH-papier 1-11 en 0-7 (en eventueel nog nauwkeuriger)
7.4
Rennietabletten
druppelflesje met 1 M zoutzuur
reageerbuis
platina of nichroomdraad voor vlamtest